Hoe trapondersteuning werkt bij een elektrische fiets
Trapondersteuning uitgelegd
Stel je voor: je stapt op je e-bike en begint te trappen. Op dat moment springt de elektromotor bij en geeft je dat extra duwtje. Let wel, de motor ondersteunt alleen als je zelf trapt. Je blijft dus actief, maar fietsen voelt veel lichter.
Dit is vooral prettig bij tegenwind, heuvels of lange ritten. De fiets rijdt niet vanzelf, maar maakt jouw inspanning eenvoudiger. Je blijft in beweging, maar het lijkt alsof je altijd wind mee hebt.
De motor werkt samen met sensoren die precies meten wanneer en hoe hard je trapt. Je kiest zelf uit verschillende standen, zoals eco voor zuinig rijden, normaal voor dagelijks gebruik of sport voor maximale ondersteuning. Zodra je harder dan 25 kilometer per uur fietst of stopt met trappen, schakelt de ondersteuning automatisch uit. Dit is wettelijk bepaald in Europa. Een kleine computer in de fiets zorgt ervoor dat alles soepel samenwerkt en je precies de juiste ondersteuning krijgt.
Trapondersteuning of volledig elektrische aandrijving
Misschien vraag je je af: wat is het verschil tussen trapondersteuning en volledig elektrische aandrijving? Het verschil zit vooral in hoe actief je zelf moet zijn. Bij trapondersteuning moet je altijd blijven trappen. Stop je met trappen, dan stopt de motor direct.
Bij volledig elektrische aandrijving werkt het anders. De motor kan de fiets vooruit laten rijden zonder dat je trapt, vergelijkbaar met een brommer of scooter. Dat voelt anders en er gelden andere regels voor.
Hieronder zie je de belangrijkste verschillen tussen trapondersteuning en volledig elektrische aandrijving:
|
Trapondersteuning |
Volledig elektrisch |
Zelf trappen |
Altijd nodig |
Niet nodig |
Max. vermogen |
250 watt |
Hoger |
Max. snelheid |
25 km/u |
Hoger |
Rijbewijs |
Niet nodig |
Nodig |
Kenteken |
Niet nodig |
Nodig |
Helmplicht |
Niet nodig |
Nodig |
Bediening |
Sensoren |
Gashendel/knop |
Batterijgebruik |
Efficiënt |
Sneller leeg |
Kort samengevat: bij trapondersteuning moet je altijd zelf blijven trappen, terwijl een volledig elektrische fiets ook vooruit kan zonder dat je iets doet. Dit heeft gevolgen voor de regels en voor de levensduur van je batterij.
- Fietsen met trapondersteuning mogen maximaal 250 watt vermogen hebben en 25 kilometer per uur halen.
- Je hebt geen rijbewijs of kenteken nodig voor een fiets met trapondersteuning.
- Volledig elektrische fietsen zijn vaak krachtiger en sneller, maar daarvoor gelden strengere regels:
- Je hebt een rijbewijs nodig.
- Je moet een helm dragen.
- De fiets moet een kenteken hebben.
- Volledig elektrische fietsen hebben meestal een gashendel of knop waarmee je de motor inschakelt, ongeacht of je trapt.
- Een nadeel hiervan is dat de batterij sneller leegraakt, omdat de motor continu vermogen levert in plaats van alleen bij te springen wanneer je zelf kracht zet.
Hoe trapsensoren werken op je e-bike
Verschillende soorten trapsensoren
Op een e-bike vind je verschillende soorten trapsensoren. Er zijn drie varianten: rotatiesensoren, krachtsensoren en snelheidssensoren. Elk type werkt net iets anders en dat merk je tijdens het fietsen.
Hieronder vind je een overzicht van de drie soorten trapsensoren en hun belangrijkste kenmerken:
Type sensor |
Werking |
Voordeel |
Nadeel |
Toepassing |
Rotatiesensor |
Pedalen draaien |
Voordelig |
Traag, minder nauwkeurig |
Instapmodellen |
Krachtsensor |
Druk meten |
Natuurlijk gevoel |
Duurder, afstellen vereist |
Midden/hoog segment |
Snelheidssensor |
Wielsnelheid |
Nauwkeurige begrenzing |
Niet zelfstandig |
Elke e-bike |
Een rotatiesensor registreert of en hoe snel je de pedalen ronddraait. Dit gebeurt meestal met een magneetschijf en een sensor die de omwentelingen telt. Het is een eenvoudige en goedkope oplossing, maar de ondersteuning reageert soms wat langzaam. Je vindt deze vooral op voordelige e-bikes.
Een krachtsensor meet hoeveel kracht je op de pedalen zet, meestal via kleine meetstrips in de trapas of crank. Dit voelt heel natuurlijk, omdat de motor zich direct aanpast aan jouw inspanning. Deze sensoren zijn duurder en moeten goed worden afgesteld. Je ziet ze vooral op e-bikes uit het midden- en hogere segment.
Een snelheidssensor meet hoe snel je achterwiel draait, vaak met een magneet en sensor op het wiel. Deze sensor zorgt voor een juiste snelheidsbegrenzing, maar werkt meestal samen met andere sensoren. Vrijwel elke e-bike heeft een snelheidssensor als aanvulling.
Wat doet een trapsensor tijdens het fietsen?
De trapsensor zorgt ervoor dat de motor reageert op jouw acties. Hij registreert bijvoorbeeld je beweging, kracht of snelheid en zet dat om in elektrische signalen. De controller in de fiets leest deze signalen en bepaalt hoeveel ondersteuning de motor geeft.
Hoe werkt dat precies? In vijf stappen:
- Je begint met trappen en de sensor meet je beweging, kracht of snelheid.
- Deze gegevens worden omgezet in een elektrisch signaal.
- De controller ontvangt dit signaal en vergelijkt het met de gekozen ondersteuningsstand.
- Daarna stuurt de controller de motor aan met de juiste hoeveelheid vermogen.
- De motor blijft ondersteunen zolang je trapt en onder de 25 km/u blijft.
Kort gezegd: jij trapt, de sensor meet, de controller beslist en de motor ondersteunt. Zo krijg je precies de hulp die je nodig hebt, op het juiste moment.